2. Begin direct met
energie besparen
Gebruik van een slimme meter
Verwarmen van ruimtes
Koelen en ventileren van ruimtes
Verlichting
Inzet van medewerkers
Kantoorapparaten
Keukenapparaten
Koelen van etenswaren en dranken
Productieapparaten
Er zijn veel praktische maatregelen die je kunt nemen om direct energie te besparen. Ook als je huurt. Onze technische adviseurs hebben enkele handige tips voor je. Sommige heb je misschien al lang uit gevoerd, maar er zitten vast ook nieuwe tips voor je bij. Niet alle tips zijn relevant voor jouw bedrijf. Elk bedrijf is anders. We hebben daarom de tips zoveel mogelijk bij elkaar gezet en aangegeven of deze specifiek zijn voor bepaalde bedrijven en branches.
Gebruik van een slimme meter
Deze tips zijn van toepassing op alle bedrijven die een slimme meter hebben. Een slimme meter geeft automatisch je meterstanden door. Dat is fijn. Nu hoef jij niet meer met een zaklamp je meterkast in. En wist je dat een slimme meter ook kan helpen bij energie besparen? Hij kan je van alles vertellen over je energieverbruik.
Kijk eens in de meterkast.
Het display van de slimme meter laat verschillende standen zien. Bijvoorbeeld hoeveel stroom er is geleverd, hoog tarief en laag tarief. Of hoeveel stroom je hebt teruggeleverd als je zonnepanelen hebt. En bij de meeste slimme meters zie je ook het actuele vermogen: hoeveel stroom je op dit moment verbruikt.
De boodschap op het display wisselt ongeveer om de 5 seconden. Is die niet te lezen? Op de meter zit een knop waarmee je de schermverlichting aanzet. Daarmee kun je ook instellen welke boodschap je wilt zien, zodat je de informatie rustig kunt lezen.
Maak gebruik van een P1-meter, de app of Mijn-omgeving van je energieleverancier.
Als je een P1-meter op je slimme meter aansluit, zie je precies hoeveel stroom en gas je verbruikt op een dag en op een bepaald uur. De gegevens inzien kan ook eenvoudig met de app of in de online omgeving van je energieleverancier. De P1-meter geeft real-time inzicht, de app en online omgeving niet altijd.
Sluit op je slimme meter een energieverbruiksmanager aan.
Met een energieverbruiksmanager zie je per apparaat wat deze verbruikt. Ze zijn verkrijgbaar met een schermpje of met een ondersteunende app. Zo kun je gericht maatregelen nemen om te besparen en gelijk zien wat het effect daarvan is.
Spoor sluipverbruik en energieslurpers op.
Met de volgende tips voorkom je sluipverbruik en energieslurpers:
Trek een stekker van een apparaat uit het stopcontact en bekijk op je slimme meter hoeveel watt dat scheelt bij het ‘actueel vermogen’.
Deze stand is beschikbaar op de meeste slimme meters door een aantal keren op de knop van de meter te drukken. Bij andere elektriciteitsmeters staat het actueel vermogen continu bovenin het display.
Bekijk hoeveel stroom je ‘s nachts gebruikt. Misschien staan apparaten, verwarming of verlichting onnodig aan?
Zoek naar uitschieters in het overzicht van je slimme meter. Deze vind je in de app of Mijn-omgeving van je energieleverancier. Bedenk op welke momenten dit hoge stroomverbruik plaatsvindt en spoor zo de energieslurpers op.
Verwarmen van ruimtes
Welke manier je ook gebruikt om je bedrijfspand te verwarmen, door slim met verwarming om te gaan, kun je op energie besparen en en het werkcomfort verhogen.
Onderhoud je cv-toestel.
Je cv-toestel heeft minimaal om het jaar onderhoud nodig. Een slecht onderhouden cv-toestel kan onnodig gas verbruiken. Daarnaast zorgt het onderhoud ervoor dat je cv-toestel veilig blijft functioneren.
Verwarm ruimtes apart met zone-regeling.
De meeste cv-toestellen worden bediend door een thermostaat aan de muur. Hiermee zet je de temperatuur hoger en lager. Bij het verhogen van de temperatuur wordt warm cv-water gemaakt en dat stroomt naar alle radiatoren die openstaan. Wanneer radiatoren openstaan in ruimtes waar je de warmte niet nodig hebt, gaat er warmte verloren en dat kost onnodig gasverbruik. Bij kleinere installaties is dan een zone-regeling een goede oplossing. Daarmee bedien je elke ruimte afzonderlijk en zet je de betreffende ruimteverwarming en je cv-toestel aan en uit. Voorbeelden van deze systemen zijn Evohome, Netatmo en tado°.
Benut extra bespaartips bij verwarmen en warm water.
Zo bespaar je nog meer energie bij gebruik van de verwarming en warm water:
Verlaag de temperatuur van de thermostaat in de nacht.
Verlaag, in overleg met je onderhoudsmonteur, de aanvoertemperatuur in de instellingen van je cv-toestel. Meestal is een temperatuur van 50 tot 60°C een efficiënte stooktemperatuur. Hiermee bespaar je gas en voorkom je onnodige CO2 uitstoot. Vaak werkt je cv modulair en doet het toestel dit al automatisch.
Sommige cv-toestellen hebben een tapwaterstand comfort. Die houdt de warmtewisselaar in het toestel warm, zodat er eerder warm water is.
Wanneer het tappunt maar weinig wordt gebruikt of zich dicht bij het cv-toestel bevindt, kun je je afvragen of deze comfortstand zin heeft. Het is mogelijk om deze comfortstand uit te zetten. Dan duurt het wel iets langer voordat je warm water hebt, maar je bespaart er gas mee.
Ontdek de kraan met sensor.
Je kent het vast: kranen die open blijven staan na het handen wassen. Daar is een oplossing voor: installeer op plekken waar dat vaak gebeurt een kraan met sensor. Die gaat automatisch aan en weer uit. Dat bespaart warm en koud water.
Check regelmatig de instellingen van je thermostaat en tijdschakelaars.
Soms worden instellingen van radiatorkranen, thermostaten, de temperatuur, of tijdschakelklokken gewijzigd, of is men vergeten om ze aan te passen. Voorkom dit met de volgende tips:
Pas de instellingen aan als de klok is verzet naar winter- of zomertijd.
Houd rekening met feestdagen.
Zet de thermostaat lager in de hal en in ruimtes met hogere fysieke activiteit.
Maak iemand van je personeel verantwoordelijk voor de controle op je instellingen.
Verwarmen van ruimtes
Maak iedereen bewust van energieverspilling.
Energie besparen kan ook door je medewerkers bewust te maken van verspilling. Zorg dat je medewerkers:
De airco uitzetten als ze een (vergader)ruimte verlaten.
De ramen dicht houden als de airco aanstaat.
De thermostaat lager zetten voordat ze ramen openen.
Deuren niet onnodig open laten staan, waardoor gewenste warmte of kou de ruimte verlaat.
Maak alle naden en kieren dicht.
Met tochtstrips of afdichtingskit kun je tocht uit naden en kieren voorkomen. Tocht zorgt voor een kouder gevoel in een werkruimte en hiermee een afname van het werkcomfort. Ook zorgt tocht doorgaans voor een hoger gasverbruik, omdat de ruimte warmte verliest. Gevolg is vaak ook dat medewerkers de thermostaat toch iets hoger zetten om het werkcomfort te verbeteren.
Voorkom energieverlies bij de entree.
Een open deur laat klanten zien dat ze welkom zijn in je zaak. Staat je deur regelmatig langer dan 15 minuten open? Dan gaat veel warmte in je zaak verloren. Dit voorkom je met een deur die automatisch sluit.
Soms is een luchtgordijn een goed alternatief. Een luchtgordijn blaast koude of warme lucht naar beneden. Hierdoor gaat bij het koelen of verwarmen van de ruimte minder energie verloren. Een lucht gordijn vraagt wel om een grotere investering.
Benut extra tips voor kantoortuinen en open werkruimtes.
In een kantoor zijn meerdere open of gesloten ruimtes aanwezig met radiatoren en thermostaatknoppen. Medewerkers kunnen naar gelang de temperatuur zelf iets verhogen of verlagen. Met de volgende maat-regelen zorg je dat je niet onnodig veel gas verstookt voor de verwarming en wel iedereen comfort biedt op de werkvloer:
De meest standaard temperatuur in een kantoortuin is 22° C. Stel deze temperatuur in zodat de basis goed is. In gesloten ruimtes kun je de thermostaten op de radiatoren lager zetten, om daar niet onnodig te stoken.
Blokkeer de thermostaatkranen voor een deel. Zo wordt het in je kantoor niet warmer dan een bepaalde temperatuur. Ook niet als een medewerker de thermostaat verder opendraait.
Overleg met elkaar hoe je omgaat met de temperatuur. Juist in een kantoortuin moet je gelijkmatig stoken om de temperatuur op de afdeling in balans te houden.
Wanneer je even natuurlijk wilt ventileren door een raam open te zetten, zorg er dan voor dat de radiatoren in de nabije omgeving lager worden gezet. Anders gaan deze actief de ruimte verwarmen en dat is onnodige warmte en dus onnodig gasverbruik.
Wanneer je na je werkuren het kantoor verlaat, zet de thermostaatkranen van de radiatoren dan weer op de basisstand om niet onnodig te stoken tijdens de nacht.
Met een centrale regeling kun je het gehele verwarmingssysteem tijdens de avond en nacht en in het weekend op een lagere temperatuur instellen, zodat je bespaart op het gasverbruik.
Verwarmen van ruimtes
Zorg dat radiatoren vrij zijn van obstakels.
Wanneer je kasten, banken of bureaus voor radiatoren plaatst, belemmer je de warmteafgifte van de radiator. Dit ontstaat ook wanneer je de radiator gebruikt als vensterbank om spullen op te zetten. Houd je radiatoren daarom vrij van obstakels, zodat ze goed hun werk kunnen doen en ze niet onnodig hoger worden gezet.
Isoleer de cv-leidingen van je verwarming in onverwarmde ruimtes en kruipruimtes.
Cv-leidingen transporteren warm cv-water naar de radiatoren. Leidingen die door onverwarmde ruimtes en kruipruimtes lopen, verliezen veel warmte. Isoleer deze leidingen met buisisolatie om deze warmteverliezen te voorkomen.
Plak radiatorfolie achter je radiatoren.
Bij veel radiatoren gaat een deel van de warmte verloren door de buitenmuren. Zeker als je geen spouwmuur isolatie hebt. Met radiatorfolie hou je de warmte binnen. Zo hoeft je cv-toestel minder hard te werken en bespaar je op gas.
Verwarm plaatselijk met infraroodpanelen en warmtekussens.
Met elektrische infraroodpanelen of warmtekussens kun je gericht specifieke plekken verwarmen, alleen daar en wanneer het nodig is. Zo hoef je niet een hele ruimte te verwarmen en kun je de centrale verwarming lager zetten of zelfs uitzetten. Bij centrale verwarming stijgt de warme lucht naar boven, waardoor er veel kostbare energie verloren gaat aan een ruimte die niet geheel verwarmd hoeft te worden.
De volgende tip is vooral relevant voor horecabedrijven, retailzaken en culturele instellingen met een terras.
Voorzie je terras van warmtekussens.
Warmtekussens zijn niet alleen ideaal voor het direct verwarmen van werkplekken maar ook voor terrassen. Doordat ze niet de buitenlucht, maar direct verwarmen, bespaar je op energiekosten in vergelijking met gasverwarming en elektrische heaters. Zo verwarm je je gasten effectief en efficiënt. En de kussens zitten ook nog eens comfortabel.
Koelen en ventileren van ruimtes
In welke branche je ook werkt, er zijn verschillende manieren om je bedrijfspand met koeling en ventilatie op temperatuur te houden. En ook om zo kosten en energie te besparen.
Installeer zonwering.
Door zonwering te gebruiken kun je besparen op de kosten van het op temperatuur houden van de ruimte.
Stel de airco goed en niet te koud in.
Wat je vaak ziet, is dat de airco wordt ingesteld op 23 of 24° C. Het beste, en ook het meest aangename, is een temperatuur van ongeveer 5° C lager dan buiten. Hiermee bespaar je op het verbruik van de airco. Mensen die van buiten naar binnen komen, hebben dan toch een koele ervaring. Het moet ook niet te koud zijn.
Onderhoud je airco.
Een airco heeft ook regelmatig onderhoud nodig. Zoals het schoonmaken van het filter en de condensor, het afvloeien van condenswater en checken of er voldoende koelgas is. Door je airco regelmatig te onderhouden bespaar je op het verbruik.
Zuig de warmte van je apparatuur direct af, zodat de airco minder hard hoeft te draaien.
Heb je apparaten die veel warmte afgeven, zoals koelingen en ovens, zuig dan die warmte direct af. Zo hoeft je airco niet zo hard te draaien om de ruimte te koelen. Dat merk je direct in je energieverbruik. In de winter kun je de afzuiging uitschakelen, zodat je de warmte nuttig gebruikt.
Koppel de ruimtekoeling aan het klimaatsysteem.
Een ruimte tegelijkertijd opwarmen en afkoelen is zonde van de energie. In veel branches zet men de koeling met de hand aan. De verwarming schakelt dan automatisch aan, om op te warmen. Het omgekeerde gebeurt ook. Je voorkomt dit door je koeling te koppelen aan je klimaatsysteem. En door je medewerkers te vertellen dat ze eerst de kachel lager moeten zetten als ze de temperatuur omlaag willen hebben, of juist de koeling zachter zetten als ze de temperatuur omhoog willen hebben.
Zet de ventilatie uit buiten openingstijden.
Een goed ventilatiesysteem is essentieel voor een gezond en energiezuinig binnenklimaat. Bespaar door de hoeveelheid ventilatielucht te beperken. Ventileer alleen daar waar en wanneer het nodig is. Soms kan dit eenvoudig, zoals met het juist instellen van de tijdklokken. En voorkom het gelijktijdig koelen en verwarmen in de luchtbehandelingskast.
In veel gevallen is de klimaatinstallatie complexer. Denk aan het toepassen van CO2-sensoren of hergebruiken van energie uit ventilatielucht met warmteterugwinning. Informeer bij je installateur naar deze verbetermogelijkheden.
Verlichting
Verlichting is essentieel. Er zijn enorme verschillen per bedrijfstak, maar verlichting kost altijd energie. Met onze verlichtingstips bespaar je op je energierekening en de belasting van het milieu.
Laat een lichtplan maken.
Elke ruimte van je bedrijf vraagt om een andere toepassing en benadering van licht. Laat daarom een professioneel lichtplan maken. Daarmee zorg je voor de optimale balans tussen sfeer, comfort, functionaliteit en energiezuinigheid.
Bij het lichtplan wordt rekening gehouden met de afmetingen en hoogte van de ruimte. Ook worden de natuurlijke lichtinval vanuit raampartijen benut en wordt gekeken hoe lichtstraten en lichtreflectie zijn. Tot slot wordt veiligheid in het plan meegenomen.
Gebruik natuurlijke lichtbronnen.
Zorg in je bedrijfsruimtes voor voldoende daglicht. En kies voor lichte kleuren in de inrichting.
Gebruik lichtsensors.
Vergaderzalen, opslagruimtes, toiletten en vooral gangen worden vaak onnodig verlicht. Kies daarom voor verlichting met aanwezigheids- en daglichtdetectie. Sensoren zorgen dat de lampen alleen branden als er iemand in de ruimte is en er te weinig daglicht is.
Vervang oude verlichting.
Oude tl-balken en gloeilampen kun je vaak vervangen door ledverlichting. Er zijn diverse led-armaturen beschikbaar, zowel voor opbouw als inbouw. Voor het plafond zijn er ledpanelen met aan de onderzijde een vlakke plaat, die passen in een plafondplaat van 60 x 60 of 30 x 120 cm. De besparing is afhankelijk van je lichtopstelling, maar kan oplopen tot 70%*.
Bron: LuxImprove
Plaats een tijdschakelaar voor buitenverlichting.
Heb je buitenverlichting nodig om je zaak ook in het donker zichtbaar te maken? Bij inefficiënt gebruik levert dit de nodige energieverspilling op. Zorg daarom voor een tijdschakelaar voor de verlichting op de buitengevel. Hiermee bespaar je op het verbruik.
Doe het licht uit.
Zorg dat je personeel de volgende simpele regel naleeft: doe het licht uit als je als laatste vertrekt. Of het nu medewerkers overdag zijn of schoonmakers of beveiliging in de avond. Het levert je eenvoudig een energiebesparing op.
Inzet van medewerkers
Betrek je medewerkers en maak ze medeverantwoordelijk.
Het verbruiksgedrag van medewerkers heeft een grote invloed op het energieverbruik. En energie besparen kun je niet alleen. Betrek je medewerkers daarom zoveel mogelijk, bijvoorbeeld door het energieverbruik in personeelsvergaderingen aan
te kaarten of een of meerdere medewerkers voor een specifiek onderdeel verantwoordelijk te maken. Maak ze bewust van de voordelen, zoals een gezonder en beter werkklimaat en een positief effect op het milieu. En motiveer ze door targets te stellen en gedrag te monitoren, maar ook door naar hun ideeën te luisteren. Je kunt de medewerkers belonen door bijvoorbeeld groter uit te pakken bij een bedrijfsuitje. Zo maak je het een teamprestatie.
Kantoorapparaten
Kantoorapparatuur, zoals computers, printers en keukenhulpjes, kunnen grote energieverbruikers zijn. Met eenvoudige stappen en het veranderen van gewoontes bezuinig je op het verbruik van kantoorapparatuur.
Laat kantoorapparaten niet onnodig aanstaan.
Stel regels in voor medewerkers. Maak afspraken met je medewerkers over kantoorapparaten. Denk aan de volgende regels:
Zet je computerscherm uit als je meer dan 10 minuten weg bent.
Schakel aan het einde van de dag pc’s en schermen uit.
Ben je aan het einde van de dag de laatste die nog aanwezig is? Schakel dan alle gemeenschappelijke apparatuur uit. Zoals printers, kopieerapparaten, verkoopautomaten en koffiemachines.
Zet sluipverbruikers zoals printers en kopieer apparaten in slaap- of sluimerstand.
Door apparaten in slaap- of sluimerstand te zetten, worden ze alleen ingeschakeld wanneer dat nodig is en gaan ze in een energiezuinige stand na een paar minuten van inactiviteit. Hiermee bespaar je op het verbruik van deze apparaten.
Optimaliseer de helderheid van monitoren.
Als het beeld van de monitoren te helder is, verbruiken ze meer energie en veroorzaken ze oogvermoeidheid. Controleer daarom de helderheid van je monitoren.
Gebruik laptops.
Een snelle besparing is om laptops in plaats van desktops te gebruiken. Een desktop gebruikt gemiddeld 3 keer meer energie.
Bron: Milieu Centraal
Vervang oude apparatuur.
Ook al doet een oud apparaat het nog prima, soms is het beter om het te vervangen door een nieuw, energiezuinig exemplaar. Een koelkast met energielabel E verbruikt 250 kWh per jaar. Een nieuwe koelvriescombinatie met energielabel B gebruikt zo’n 130 kWh. Dat scheelt al 120 kWh (bron: Milieu Centraal).
Kijk ook naar ict-apparatuur.
Omdat we steeds meer ict-capaciteit nodig hebben, neemt het energieverbruik ook toe. Denk aan opslagcapaciteit of processor snelheid. Dan loont het ook om oude ict-apparatuur zoals pc’s, laptops en beeldschermen te vervangen voor A-label- apparatuur.
Keukenapparaten
Deze tips zijn specifiek voor bedrijven met een drukke keuken, zoals restaurants en snackbars.
Heb je een drukke keuken, dan gebruik je vaak veel apparatuur tegelijk. Je collega die de keuken opent, zet waarschijnlijk ook alle apparatuur meteen aan. Bijvoorbeeld verlichting, ventilatie, gasfornuis, ovens en vaatwasser. Dat is begrijpelijk als je een drukke keuken hebt. Toch kun je ook hier slim besparen.
Zet gaspitten na gebruik uit.
Je gaspitten na gebruik uitzetten is een makkelijke maatregel en je bespaart er eenvoudig verbruik mee. Doe dat ook voor au-bain-marie-warmhoudplaten, tostigrills, ovens en kookplaten zonder lange opwarm tijd.
Zet na gebruikstijd de keukenafzuiging tijdig uit.
Door de keukenafzuiging tijdig uit te zetten, bespaar je ook energie. Let wel op dat er voldoende ventilatie aanwezig blijft voor de restwarmte van koeltoestellen. Maak ook het vetfilter regelmatig schoon voor minder ventilatieweerstand en brandgevaar.
Dek de frituur af als je die even niet gebruikt.
Door de frituur af te dekken als je die even niet gebruikt, blijft het vet warm en hoef je de frituur niet steeds opnieuw op te warmen Stap over op een kleinere of in delen in te schakelen frituur. Stel de temperatuur van de frituur lager in. Als je de temperatuur van de frituur lager instelt, verbrandt de olie niet én hoef je minder vaak de olie te verversen. Ook dat bespaart kosten.
Combineer de eerder genoemde tips en plaats een hr-bakwand.
Energie bespaar je ook met een hr-bakwand. De technologische ontwikkelingen staan niet stil en daardoor verbruiken nieuwe hr-bakwanden steeds minder energie. Door aanpassingen in de besturing, het toepassen van ledverlichting en zogenaamde eco-standen wordt de bakwand steeds energiezuiniger.
Zorg voor zuinig gebruik van je vaatwasser
Zet de vaatwasser in de eco-stand-cyclus en gebruik om de restwarmte om de vaat te drogen.
Overweeg een hotfill-aansluiting op een zuiniger warmwatertoestel.
Kijk naar stand-by-verbruik van de overige apparatuur.
Zet sluipverbruikers uit na sluitingstijd. Denk bijvoorbeeld aan koffiemachines en gokkasten. Het is een kleine moeite en ook zo bespaar je energie.
Koelen van etenswaren en dranken
Deze tips zijn specifiek voor bedrijven waarvoor het koelen van etenswaren en dranken onmisbaar is.
Hoe meer warmte in een gekoelde ruimte komt, hoe meer energie nodig is om verkoeling te brengen. En ook als de lucht zowel binnen als buiten niet vrij kan circuleren, lopen de energiekosten op. Bovendien worden producten dan niet voldoende gekoeld. Met de volgende tips laat je je koeling efficiënter werken en beperk je koudeverlies.
Controleer de rubbers van de koeling.
Om te zorgen voor een goede constante temperatuur en overmatige ijsvorming te voorkomen, is het belangrijk dat de rubbers aan de deuren van de koeling goed sluiten. Een koeling waarvan de rubbers niet goed meer sluiten, verbruikt meer energie. Check daarom regelmatig, elke 3 maanden, de rubbers die op de deuren van de koeling zitten. Maak ze schoon of vervang ze wanneer dat nodig is. Heb je een koelcel? Ga dan in de koeling staan en doe het licht uit. Zie je licht langs de randen naar binnen komen? Dan weet je dat je rubbers aan vervanging toe zijn.
Zet je voorraad dranken voordat je ze koelt niet in een warm opslaghok.
Soms staat de voorraad van fusten bier en kratten drank in een te warme opslagruimte. Zet je de te warme flesjes in de koeling, dan kan de temperatuur in de koeling zo maar een paar graden omhoog schieten en dat kost veel energie. Zorg daarom dat de opslag niet te warm is. Goede isolatie en het uitsluiten van externe warmtebronnen, zoals zoninval en warmte-afvoer, zijn hierbij belangrijk. Een goed alternatief is een koeling met een split-buitenunit, waarbij de condensor buiten zit.
Zet de koeling niet te vol.
Als je koeling te vol staat, kan koude lucht onvoldoende circuleren. Het duurt dan veel langer om drank en eten op de juiste temperatuur te krijgen. Houd je daarom aan de optimale vulgraad van de koelingen en vriezers.
Onderhoud de condensor van de koeling.
Met het gebruik van een koeling komt er warmte vrij, die ergens naartoe moet. Het is van belang dat de condensor, ofwel het warmteafgifterooster, dan goed functioneert. Iedere verstoring van een goede doorstroming van de buitenlucht zorgt ervoor dat de condensor minder warmte kan afgeven en een lager rendement heeft en dus meer verbruikt.
Met het ieder kwartaal reinigen van de condensor en periodiek onderhoud voorkom je storingen en bespaar je op het verbruik van de koeling. Het reinigen kan eenvoudig met een stofzuiger of een zachte borstel. Let er vooral op dat de condensor niet wordt belemmerd door bijvoorbeeld roestvorming, bladeren en overig vuil. Dit heeft een grote impact op het verbruik. Vraag eventueel bij je installateur na, waar je bij jouw condensor speciaal op moet letten.
Koelen van etenswaren en dranken
Hang strokengordijnen voor de ingang van een koelcel.
Soms wordt de deur van de koelcel niet goed dicht gedaan of gaat de koelceldeur gedurende de dag vaak open. Bijvoorbeeld tijdens het overplaatsen van de dagvoorraad. Zo zonde, want er gaat veel kou verloren en het duurt lang voor de koelcel weer op temperatuur is. Je kunt dat voorkomen door voor de ingang stroken gordijnen te hangen.
Maak gebruik van een koelmeubel met dagafdekking.
Een koeling heeft baat bij een zo constant mogelijke temperatuur. Dit zorgt voor een optimale prestatie qua verbruik en ook blijven de producten zo beter houdbaar. Het zal niet als een verrassing komen dat we adviseren de koeling zo weinig mogelijk te openen. In het dagelijkse gebruik snappen we dat dit een uitdaging is. Voor producten die je gedurende de dag vaak nodig hebt, adviseren we een koelmeubel met een dagafdekking. Met een dagafdekking bespaar je op het verbruik. Combineer je dat met een nachtafdekking, dan kan de besparing nog verder oplopen.
Vervang oude apparaten.
Door de opwaardering van energielabels op koel- en vriesapparatuur wordt deze apparatuur elk jaar zuiniger. Een koelkast van 15 jaar oud vervangen door een nieuwe, levert direct een forse besparing op van meer dan 50% op het verbruik.* Maar ook de juiste keuze is heel belangrijk. De klassieke statische koelkast met koeling vanuit de binnenwanden raden we enkel aan als de deur van de koelkast slechts een paar keer per dag open en dicht gaat. Er zijn ook geforceerde koelkasten, waarbij de kou vanaf de verdamper wordt geblazen. Het voordeel van zo’n geventileerd model is dat deze meer power heeft om op temperatuur te komen en blijven. Deze koelkast is uitermate geschikt voor ruimtes met een warme omgevingstemperatuur van bijvoorbeeld 30° tot 35° C, waarbij de deur van de koelkast vaak open en dicht gaat. Let ook op de maximale omgevingstemperatuur van de koelkast. Er zijn modellen die in een opstellingsruimte tot 32° C goed functioneren, maar ook modellen waarbij de condensator warme lucht tot wel 43° C voldoende kwijt kan.
Gebruik in de ventilatoren van je koeling A-label- apparatuur met zuinige motoren.
Veel producten staan in de koeling. De koelmotoren en ventilatoren in die koelmeubels draaien de hele tijd. In verouderde apparatuur zitten vaak standaard motoren die veel energie verbruiken. Koelingen van 15 jaar en ouder verbruiken meer dan 50% aan energie.* Vervanging en goed onderhoud zijn snel terugverdiend.
*Bron: Milieucentraal
Productieapparaten
Deze tips zijn specifiek voor (industriële) bedrijven die voor hun productieproces machines, motoren of persluchtapparaten gebruiken.
Door productieapparatuur efficiënter te bedienen en goed te onderhouden en gewoontes aan te passen, kun je op energie besparen.
Schakel machines zo veel mogelijk uit.
Laat je machines in pauzes of weekenden aanstaan? Dat heeft veel invloed op het energieverbruik van je bedrijf. Door apparaten en machines op zulke momenten uit te zetten, bespaar je kosten en energie.
Houd motoren schoon.
Houd de motoren van je productieapparatuur schoon, want een vuile motor wordt veel heter, verbruikt meer energie en heeft meer kans om uit te vallen.
Monitor het energieverbruik van motoren.
Monitor het energieverbruik van motoren. Ga na of je met maatregelen het energieverbruik kunt verminderen en of motoren toe zijn aan vervanging. Zorg bij vervanging voor motoren met de hoogst mogelijke efficiëntie. Denk hierbij bijvoorbeeld aan toerengeregelde gelijkstroommotoren.
Bepaal de optimale instellingen voor machines en apparatuur.
Instellingen zoals de snelheid van motoren en ventilatoren hebben invloed op het energieverbruik van je apparatuur. Als je de snelheid van een motor terugschroeft, scheelt dat al snel in energieverbruik. Bepaal daarom voor al je apparatuur de optimale instellingen en laat ook je medewerkers weten wat de optimale instellingen zijn.
Bespaar energie bij perslucht.
Op perslucht valt veel te besparen. Meer dan 80% van de totale kosten van perslucht bestaan uit energiekosten*, waarvan een groot gedeelte te wijten kan zijn aan lekkage en onjuiste afstelling van je apparatuur. Met de volgende tips bespaar je veel energie:
Gebruik perslucht niet onnodig en installeer automatische drukregelaars op machines, zodat geen lucht wordt verspild wanneer machines niet in gebruik zijn. Een stationair draaiende compressor gebruikt nog steeds 20-70% van zijn volledige laadvermogen.
Zorg voor voldoende ventilatie rondom de compressor. Dit verbetert de efficiëntie.
Zorg dat bij elke toepassing de luchtdruk van de compressor is ingesteld op het laagst mogelijke niveau. Door de luchtdruk te verminderen kun je energie besparen.
Zuig koude schone lucht van buiten naar binnen aan. Een daling van 4° C in luchtinlaattemperatuur verbetert de efficiëntie.
Vervang filters regelmatig voor maximale efficiëntie.
Installeer automatische aftapkranen om condensaat in de luchtleidingen te verwijderen en luchtverlies te verminderen, plaats een persluchtdroger. Dit voorkomt tevens corrosie in het persluchtnet.
Kijk of je warmte kunt terugwinnen. Bij het samenpersen van lucht komt heel veel warmte vrij, 96%van de elektriciteit die de compressor gebruikt. Van deze warmte is een groot deel terug te winnen.
*Bron: Klimaatplein
2. Begin direct met energie besparen
Gebruik van een slimme meter
Verwarmen van ruimtes
Koelen en ventileren van ruimtes
Verlichting
Inzet van medewerkers
Kantoorapparaten
Keukenapparaten
Koelen van etenswaren en dranken
Productieapparaten
Er zijn veel praktische maatregelen die je kunt nemen om direct energie te besparen. Ook als je huurt. Onze technische adviseurs hebben enkele handige tips voor je. Sommige heb je misschien al lang uit gevoerd, maar er zitten vast ook nieuwe tips voor je bij. Niet alle tips zijn relevant voor jouw bedrijf. Elk bedrijf is anders. We hebben daarom de tips zoveel mogelijk bij elkaar gezet en aangegeven of deze specifiek zijn voor bepaalde bedrijven en branches.
Gebruik van een slimme meter
Deze tips zijn van toepassing op alle bedrijven die een slimme meter hebben. Een slimme meter geeft automatisch je meterstanden door. Dat is fijn. Nu hoef jij niet meer met een zaklamp je meterkast in. En wist je dat een slimme meter ook kan helpen bij energie besparen? Hij kan je van alles vertellen over je energieverbruik.
Kijk eens in de meterkast.
Het display van de slimme meter laat verschillende standen zien. Bijvoorbeeld hoeveel stroom er is geleverd, hoog tarief en laag tarief. Of hoeveel stroom je hebt teruggeleverd als je zonnepanelen hebt. En bij de meeste slimme meters zie je ook het actuele vermogen: hoeveel stroom je op dit moment verbruikt.
De boodschap op het display wisselt ongeveer om de 5 seconden. Is die niet te lezen? Op de meter zit een knop waarmee je de schermverlichting aanzet. Daarmee kun je ook instellen welke boodschap je wilt zien, zodat je de informatie rustig kunt lezen.
Maak gebruik van een P1-meter, de app of Mijn- omgeving van je energie-leverancier.
Als je een P1-meter op je slimme meter aansluit, zie je precies hoeveel stroom en gas je verbruikt op een dag en op een bepaald uur. De gegevens inzien kan ook eenvoudig met de app of in de online omgeving van je energieleverancier. De P1-meter geeft real-time inzicht, de app en online omgeving niet altijd.
Sluit op je slimme meter een energieverbruiksmanager aan.
Met een energieverbruiksmanager zie je per apparaat wat deze verbruikt. Ze zijn verkrijgbaar met een schermpje of met een ondersteunende app. Zo kun je gericht maatregelen nemen om te besparen en gelijk zien wat het effect daarvan is.
Spoor sluipverbruik en energieslurpers op.
Met de volgende tips voorkom je sluipverbruik en energieslurpers:
Trek een stekker van een apparaat uit het stop-contact en bekijk op je slimme meter hoeveel watt dat scheelt bij het ‘actueel vermogen’. Deze stand
is beschikbaar op de meeste slimme meters door een aantal keren op de knop van de meter te drukken. Bij andere elektriciteitsmeters staat het actueel vermogen continu bovenin het display.
Bekijk hoeveel stroom je ‘s nachts gebruikt. Misschien staan apparaten, verwarming of verlichting onnodig aan?
Zoek naar uitschieters in het overzicht van je slimme meter. Deze vind je in de app of Mijn-omgeving van je energieleverancier. Bedenk op welke momenten dit hoge stroomverbruik plaatsvindt en spoor zo de energie slurpers op.
Verwarmen van ruimtes
Zorg dat radiatoren vrij zijn van obstakels.
Wanneer je kasten, banken of bureaus voor radiatoren plaatst, belemmer je de warmteafgifte van de radiator. Dit ontstaat ook wanneer je de radiator gebruikt als vensterbank om spullen op te zetten. Houd je radiatoren daarom vrij van obstakels, zodat ze goed hun werk kunnen doen en ze niet onnodig hoger worden gezet.
Isoleer de cv-leidingen van je verwarming in onverwarmde ruimtes en kruipruimtes.
Cv-leidingen transporteren warm cv-water naar de radiatoren. Leidingen die door onverwarmde ruimtes en kruipruimtes lopen, verliezen veel warmte. Isoleer deze leidingen met buisisolatie om deze warmteverliezen te voorkomen.
Plak radiatorfolie achter je radiatoren.
Bij veel radiatoren gaat een deel van de warmte verloren door de buitenmuren. Zeker als je geen spouwmuur isolatie hebt. Met radiatorfolie hou je de warmte binnen. Zo hoeft je cv-toestel minder hard te werken en bespaar je op gas.
Verwarm plaatselijk met infraroodpanelen en warmtekussens.
Met elektrische infraroodpanelen of warmtekussens kun je gericht specifieke plekken verwarmen, alleen daar en wanneer het nodig is. Zo hoef je niet een hele ruimte te verwarmen en kun je de centrale verwarming lager zetten of zelfs uitzetten. Bij centrale verwarming stijgt de warme lucht naar boven, waardoor er veel kostbare energie verloren gaat aan een ruimte die niet geheel verwarmd hoeft te worden.
Maak iedereen bewust van energieverspilling.
Energie besparen kan ook door je medewerkers bewust te maken van verspilling. Zorg dat je mede-werkers:
De airco uitzetten als ze een (vergader)ruimte verlaten.
De ramen dicht houden als de airco aanstaat.
De thermostaat lager zetten voordat ze ramen openen.
Deuren niet onnodig open laten staan, waardoor gewenste warmte of kou de ruimte verlaat.
Maak alle naden en kieren dicht.
Met tochtstrips of afdichtingskit kun je tocht uit naden en kieren voorkomen. Tocht zorgt voor een kouder gevoel in een werkruimte en hiermee een afname van het werkcomfort. Ook zorgt tocht doorgaans voor een hoger gasverbruik, omdat de ruimte warmte verliest. Gevolg is vaak ook dat medewerkers de thermostaat toch iets hoger zetten om het werkcomfort te verbeteren.
Voorkom energieverlies bij de entree.
Een open deur laat klanten zien dat ze welkom zijn in je zaak. Staat je deur regelmatig langer dan 15 minuten open? Dan gaat veel warmte in je zaak verloren. Dit voorkom je met een deur die automatisch sluit.
Soms is een luchtgordijn een goed alternatief.Een luchtgordijn blaast koude of warme lucht naar beneden. Hierdoor gaat bij het koelen of verwarmen van de ruimte minder energie verloren. Een lucht gordijn vraagt wel om een grotere investering.
Benut extra tips voor kantoortuinen en open werkruimtes.
In een kantoor zijn meerdere open of gesloten ruimtes aanwezig met radiatoren en thermostaatknoppen. Medewerkers kunnen naar gelang de temperatuur zelf iets verhogen of verlagen. Met de volgende maat-regelen zorg je dat je niet onnodig veel gas verstookt voor de verwarming en wel iedereen comfort biedt op de werkvloer:
De meest standaard temperatuur in een kantoortuin is 22° C. Stel deze temperatuur in zodat de basis goed is. In gesloten ruimtes kun je de thermostaten op de radiatoren lager zetten, om daar niet onnodig te stoken.
Blokkeer de thermostaatkranen voor een deel. Zo wordt het in je kantoor niet warmer dan een bepaalde temperatuur. Ook niet als een mede werker de thermostaat verder opendraait. Dit scheelt behoorlijk in de kosten.
Overleg met elkaar hoe je omgaat met de tempera-tuur. Juist in een kantoortuin moet je gelijkmatig stoken om de temperatuur op de afdeling in balans te houden.
Wanneer je even natuurlijk wilt ventileren door een raam open te zetten, zorg er dan voor dat de radiatoren in de nabije omgeving lager worden gezet. Anders gaan deze actief de ruimte verwarmen en dat is onnodige warmte en dus onnodig gasverbruik.
Wanneer je na je werkuren het kantoor verlaat, zet de thermostaatkranen van de radiatoren dan weer op de basisstand om niet onnodig te stoken tijdens de nacht.
Met een centrale regeling kun je het gehele verwarmings systeem tijdens de avond en nacht en in het weekend op een lagere temperatuur instellen, zodat je bespaart op het gasverbruik.
Welke manier je ook gebruikt om je bedrijfspand te verwarmen, door slim met verwarming om te gaan, kun je op energie besparen en en het werkcomfort verhogen.
De volgende tip is vooral relevant voor horecabedrijven, retailzaken en culturele instellingen met een terras.
Voorzie je terras van warmtekussens.
Warmtekussens zijn niet alleen ideaal voor het direct verwarmen van werkplekken maar ook voor terrassen. Doordat ze niet de buitenlucht, maar direct verwarmen, bespaar je op energiekosten in vergelijking met gasverwarming en elektrische heaters. Zo verwarm je je gasten effectief en efficiënt. En de kussens zitten ook nog eens comfortabel.
Onderhoud je cv-toestel.
Je cv-toestel heeft minimaal om het jaar onderhoud nodig. Een slecht onderhouden cv-toestel kan onnodig gas verbruiken. Daarnaast zorgt het onderhoud ervoor dat je cv-toestel veilig blijft functioneren.
Verwarm ruimtes apart met zone-regeling.
De meeste cv-toestellen worden bediend door een thermostaat aan de muur. Hiermee zet je de temperatuur hoger en lager. Bij het verhogen van de temperatuur wordt warm cv-water gemaakt en dat stroomt naar alle radiatoren die openstaan. Wanneer radiatoren openstaan in ruimtes waar je de warmte niet nodig hebt, gaat er warmte verloren en dat kost onnodig gasverbruik. Bij kleinere installaties is dan een zone-regeling een goede oplossing. Daarmee bedien je elke ruimte afzonderlijk en zet je de betreffende ruimteverwarming en je cv-toestel aan en uit. Voorbeelden van deze systemen zijn Evohome, Netatmo en tado°.
Benut extra bespaartips bij verwarmen en warm water.
Zo bespaar je nog meer energie bij gebruik van de verwarming en warm water:
Verlaag de temperatuur van de thermostaat in de nacht.
Verlaag, in overleg met je onderhoudsmonteur, de aanvoertemperatuur in de instellingen van je cv-toestel. Meestal is een temperatuur van 50 tot 60°C een efficiënte stooktemperatuur. Hiermee bespaar je gas en voorkom je onnodige CO2 uitstoot. Vaak werkt je cv modulair en doet het toestel dit al automatisch.
Sommige cv-toestellen hebben een tapwaterstand comfort. Die houdt de warmtewisselaar in het toestel warm, zodat er eerder warm water is.
Wanneer het tappunt maar weinig wordt gebruikt of zich dicht bij het cv-toestel bevindt, kun je je afvragen of deze comfortstand zin heeft. Het is mogelijk om deze comfortstand uit te zetten. Dan duurt het wel iets langer voordat je warm water hebt, maar je bespaart er gas mee.
Ontdek de kraan met sensor.
Je kent het vast: kranen die open blijven staan na het handen wassen. Daar is een oplossing voor: installeer op plekken waar dat vaak gebeurt een kraan met sensor. Die gaat automatisch aan en weer uit. Dat bespaart warm en koud water.
Check regelmatig de instellingen van je thermostaat en tijdschakelaars.
Soms worden instellingen van radiatorkranen, thermostaten, de temperatuur, of tijdschakelklokken gewijzigd, of is men vergeten om ze aan te passen. Voorkom dit met de volgende tips:
Pas de instellingen aan als de klok is verzet naar winter- of zomertijd.
Houd rekening met feestdagen.
Zet de thermostaat lager in de hal en in ruimtes met hogere fysieke activiteit.
Maak iemand van je personeel verantwoordelijk voor de controle op je instellingen.
Koelen en ventileren van ruimtes
In welke branche je ook werkt, er zijn verschillende manieren om je bedrijfspand met koeling en ventilatie op temperatuur te houden. En ook om zo kosten en energie te besparen.
Installeer zonwering.
Door zonwering te gebruiken kun je besparen op de kosten van het op temperatuur houden van de ruimte.
Stel de airco goed en niet te koud in.
Wat je vaak ziet, is dat de airco wordt ingesteld op 23 of 24° C. Het beste, en ook het meest aangename, is een temperatuur van ongeveer 5° C lager dan buiten. Hiermee bespaar je op het verbruik van de airco. Mensen die van buiten naar binnen komen, hebben dan toch een koele ervaring. Het moet ook niet te koud zijn.
Onderhoud je airco.
Een airco heeft ook regelmatig onderhoud nodig. Zoals het schoonmaken van het filter en de condensor, het afvloeien van condenswater en checken of er voldoende koelgas is. Door je airco regelmatig te onderhouden bespaar je op het verbruik.
Zuig de warmte van je apparatuur direct af, zodat de airco minder hard hoeft te draaien.
Heb je apparaten die veel warmte afgeven, zoals koelingen en ovens, zuig dan die warmte direct af. Zo hoeft je airco niet zo hard te draaien om de ruimte te koelen. Dat merk je direct in je energieverbruik. In de winter kun je de afzuiging uitschakelen, zodat je de warmte nuttig gebruikt.
Koppel de ruimtekoeling aan het klimaatsysteem.
Een ruimte tegelijkertijd opwarmen en afkoelen is zonde van de energie. In veel branches zet men de koeling met de hand aan. De verwarming schakelt dan automatisch aan, om op te warmen. Het omgekeerde gebeurt ook. Je voorkomt dit door je koeling te koppelen aan je klimaatsysteem. En door je medewerkers te vertellen dat ze eerst de kachel lager moeten zetten als ze de temperatuur omlaag willen hebben, of juist de koeling zachter zetten als ze de temperatuur omhoog willen hebben.
Zet de ventilatie uit buiten openingstijden.
Een goed ventilatiesysteem is essentieel voor een gezond en energiezuinig binnenklimaat. Bespaar door de hoeveelheid ventilatielucht te beperken. Ventileer alleen daar waar en wanneer het nodig is. Soms kan dit eenvoudig, zoals met het juist instellen van de tijdklokken. En voorkom het gelijktijdig koelen en verwarmen in de luchtbehandelingskast.
In veel gevallen is de klimaatinstallatie complexer. Denk aan het toepassen van CO2-sensoren of hergebruiken van energie uit ventilatielucht met warmteterugwinning. Informeer bij je installateur naar deze verbetermogelijkheden.
Verlichting
Verlichting is essentieel. Er zijn enorme verschillen per bedrijfstak, maar verlichting kost altijd energie. Met onze verlichtingstips bespaar je op je energierekening en de belasting van het milieu.
Laat een lichtplan maken.
Elke ruimte van je bedrijf vraagt om een andere toepassing en benadering van licht. Laat daarom een professioneel lichtplan maken. Daarmee zorg je voor de optimale balans tussen sfeer, comfort, functionaliteit en energiezuinigheid.
Bij het lichtplan wordt rekening gehouden met de afmetingen en hoogte van de ruimte. Ook worden de natuurlijke lichtinval vanuit raampartijen benut en wordt gekeken hoe lichtstraten en lichtreflectie zijn. Tot slot wordt veiligheid in het plan meegenomen.
Gebruik natuurlijke lichtbronnen.
Zorg in je bedrijfsruimtes voor voldoende daglicht. En kies voor lichte kleuren in de inrichting.
Gebruik lichtsensors.
Vergaderzalen, opslagruimtes, toiletten en vooral gangen worden vaak onnodig verlicht. Kies daarom voor verlichting met aanwezigheids- en daglichtdetectie. Sensoren zorgen dat de lampen alleen branden als er iemand in de ruimte is en er te weinig daglicht is.
Vervang oude verlichting.
Oude tl-balken en gloeilampen kun je vaak vervangen door ledverlichting. Er zijn diverse led-armaturen beschikbaar, zowel voor opbouw als inbouw. Voor het plafond zijn er ledpanelen met aan de onderzijde een vlakke plaat, die passen in een plafondplaat van 60 x 60 of 30 x 120 cm. De besparing is afhankelijk van je lichtopstelling, maar kan oplopen tot 70%*.
Bron: LuxImprove
Plaats een tijdschakelaar voor buitenverlichting.
Heb je buitenverlichting nodig om je zaak ook in het donker zichtbaar te maken? Bij inefficiënt gebruik levert dit de nodige energieverspilling op. Zorg daarom voor een tijdschakelaar voor de verlichting op de buitengevel. Hiermee bespaar je op het verbruik.
Doe het licht uit.
Zorg dat je personeel de volgende simpele regel naleeft: doe het licht uit als je als laatste vertrekt. Of het nu medewerkers overdag zijn of schoonmakers of beveiliging in de avond. Het levert je eenvoudig een energiebesparing op.
Inzet van medewerkers
Betrek je medewerkers en maak ze medeverantwoordelijk.
Het verbruiksgedrag van medewerkers heeft een grote invloed op het energieverbruik. En energie besparen kun je niet alleen. Betrek je medewerkers daarom zoveel mogelijk, bijvoorbeeld door het energieverbruik in personeelsvergaderingen aan
te kaarten of een of meerdere medewerkers voor een specifiek onderdeel verantwoordelijk te maken. Maak ze bewust van de voordelen, zoals een gezonder en beter werkklimaat en een positief effect op het milieu. En motiveer ze door targets te stellen en gedrag te monitoren, maar ook door naar hun ideeën te luisteren. Je kunt de medewerkers belonen door bijvoorbeeld groter uit te pakken bij een bedrijfsuitje. Zo maak je het een teamprestatie.
Kantoorapparaten
Kantoorapparatuur, zoals computers, printers en keukenhulpjes, kunnen grote energieverbruikers zijn. Met eenvoudige stappen en het veranderen van gewoontes bezuinig je op het verbruik van kantoorapparatuur.
Laat kantoorapparaten niet onnodig aanstaan.
Stel regels in voor medewerkers. Maak afspraken met je medewerkers over kantoorapparaten. Denk aan de volgende regels:
Zet je computerscherm uit als je meer dan 10 minuten weg bent.
Schakel aan het einde van de dag pc’s en schermen uit.
Ben je aan het einde van de dag de laatste die nog aanwezig is? Schakel dan alle gemeenschappelijke apparatuur uit. Zoals printers, kopieerapparaten, verkoopautomaten en koffiemachines.
Zet sluipverbruikers zoals printers en kopieer apparaten in slaap- of sluimerstand.
Door apparaten in slaap- of sluimerstand te zetten, worden ze alleen ingeschakeld wanneer dat nodig is en gaan ze in een energiezuinige stand na een paar minuten van inactiviteit. Hiermee bespaar je op het verbruik van deze apparaten.
Optimaliseer de helderheid van monitoren.
Als het beeld van de monitoren te helder is, verbruiken ze meer energie en veroorzaken ze oogvermoeidheid. Controleer daarom de helderheid van je monitoren.
Gebruik laptops.
Een snelle besparing is om laptops in plaats van desktops te gebruiken. Een desktop gebruikt gemiddeld 3 keer meer energie.
Bron: Milieu Centraal
Vervang oude apparatuur.
Ook al doet een oud apparaat het nog prima, soms is het beter om het te vervangen door een nieuw, energiezuinig exemplaar. Een koelkast met energielabel E verbruikt 250 kWh per jaar. Een nieuwe koelvriescombinatie met energielabel B gebruikt zo’n 130 kWh. Dat scheelt al 120 kWh (bron: Milieu Centraal).
Kijk ook naar ict-apparatuur.
Omdat we steeds meer ict-capaciteit nodig hebben, neemt het energieverbruik ook toe. Denk aan opslagcapaciteit of processor snelheid. Dan loont het ook om oude ict-apparatuur zoals pc’s, laptops en beeldschermen te vervangen voor A-label- apparatuur.
Keukenapparaten
Heb je een drukke keuken, dan gebruik je vaak veel apparatuur tegelijk. Je collega die de keuken opent, zet waarschijnlijk ook alle apparatuur meteen aan. Bijvoorbeeld verlichting, ventilatie, gasfornuis, ovens en vaatwasser. Dat is begrijpelijk als je een drukke keuken hebt. Toch kun je ook hier slim besparen.
Zet gaspitten na gebruik uit.
Je gaspitten na gebruik uitzetten is een makkelijke maatregel en je bespaart er eenvoudig verbruik mee. Doe dat ook voor au-bain-marie-warmhoudplaten, tostigrills, ovens en kookplaten zonder lange opwarm tijd.
Zet na gebruikstijd de keukenafzuiging tijdig uit.
Door de keukenafzuiging tijdig uit te zetten, bespaar je ook energie. Let wel op dat er voldoende ventilatie aanwezig blijft voor de restwarmte van koeltoestellen. Maak ook het vetfilter regelmatig schoon voor minder ventilatieweerstand en brandgevaar.
Dek de frituur af als je die even niet gebruikt.
Door de frituur af te dekken als je die even niet gebruikt, blijft het vet warm en hoef je de frituur niet steeds opnieuw op te warmen Stap over op een kleinere of in delen in te schakelen frituur. Stel de temperatuur van de frituur lager in. Als je de temperatuur van de frituur lager instelt, verbrandt de olie niet én hoef je minder vaak de olie te verversen. Ook dat bespaart kosten.
Combineer de eerder genoemde tips en plaats een hr-bakwand.
Energie bespaar je ook met een hr-bakwand. De technologische ontwikkelingen staan niet stil en daardoor verbruiken nieuwe hr-bakwanden steeds minder energie. Door aanpassingen in de besturing, het toepassen van ledverlichting en zogenaamde eco-standen wordt de bakwand steeds energiezuiniger.
Zorg voor zuinig gebruik van je vaatwasser
Zet de vaatwasser in de eco-stand-cyclus en gebruik om de restwarmte om de vaat te drogen.
Overweeg een hotfill-aansluiting op een zuiniger warmwatertoestel.
Kijk naar stand-by-verbruik van de overige apparatuur.
Zet sluipverbruikers uit na sluitingstijd. Denk bijvoorbeeld aan koffiemachines en gokkasten. Het is een kleine moeite en ook zo bespaar je energie.
Koelen van etenswaren en dranken
Deze tips zijn specifiek voor bedrijven waarvoor het koelen van etenswaren en dranken onmisbaar is.
Hang strokengordijnen voor de ingang van een koelcel.
Soms wordt de deur van de koelcel niet goed dicht gedaan of gaat de koelceldeur gedurende de dag vaak open. Bijvoorbeeld tijdens het overplaatsen van de dagvoorraad. Zo zonde, want er gaat veel kou verloren en het duurt lang voor de koelcel weer op temperatuur is. Je kunt dat voorkomen door voor de ingang stroken gordijnen te hangen.
Maak gebruik van een koelmeubel met dagafdekking.
Een koeling heeft baat bij een zo constant mogelijke temperatuur. Dit zorgt voor een optimale prestatie qua verbruik en ook blijven de producten zo beter houdbaar. Het zal niet als een verrassing komen dat we adviseren de koeling zo weinig mogelijk te openen. In het dagelijkse gebruik snappen we dat dit een uitdaging is. Voor producten die je gedurende de dag vaak nodig hebt, adviseren we een koelmeubel met een dagafdekking. Met een dagafdekking bespaar je op het verbruik. Combineer je dat met een nachtafdekking, dan kan de besparing nog verder oplopen.
Vervang oude apparaten.
Door de opwaardering van energielabels op koel- en vriesapparatuur wordt deze apparatuur elk jaar zuiniger. Een koelkast van 15 jaar oud vervangen door een nieuwe, levert direct een forse besparing op van meer dan 50% op het verbruik.* Maar ook de juiste keuze is heel belangrijk. De klassieke statische koelkast met koeling vanuit de binnenwanden raden we enkel aan als de deur van de koelkast slechts een paar keer per dag open en dicht gaat. Er zijn ook geforceerde koelkasten, waarbij de kou vanaf de verdamper wordt geblazen. Het voordeel van zo’n geventileerd model is dat deze meer power heeft om op temperatuur te komen en blijven. Deze koelkast is uitermate geschikt voor ruimtes met een warme omgevingstemperatuur van bijvoorbeeld 30° tot 35° C, waarbij de deur van de koelkast vaak open en dicht gaat. Let ook op de maximale omgevingstemperatuur van de koelkast. Er zijn modellen die in een opstellingsruimte tot 32° C goed functioneren, maar ook modellen waarbij de condensator warme lucht tot wel 43° C voldoende kwijt kan.
Gebruik in de ventilatoren van je koeling A-label- apparatuur met zuinige motoren.
Veel producten staan in de koeling. De koelmotoren en ventilatoren in die koelmeubels draaien de hele tijd. In verouderde apparatuur zitten vaak standaard motoren die veel energie verbruiken. Koelingen van 15 jaar en ouder verbruiken meer dan 50% aan energie.* Vervanging en goed onderhoud zijn snel terugverdiend.
*Bron: Milieucentraal
Hoe meer warmte in een gekoelde ruimte komt, hoe meer energie nodig is om verkoeling te brengen. En ook als de lucht zowel binnen als buiten niet vrij kan circuleren, lopen de energiekosten op. Bovendien worden producten dan niet voldoende gekoeld. Met de volgende tips laat je je koeling efficiënter werken en beperk je koudeverlies.
Controleer de rubbers van de koeling.
Om te zorgen voor een goede constante temperatuur en overmatige ijsvorming te voorkomen, is het belangrijk dat de rubbers aan de deuren van de koeling goed sluiten. Een koeling waarvan de rubbers niet goed meer sluiten, verbruikt meer energie. Check daarom regelmatig, elke 3 maanden, de rubbers die op de deuren van de koeling zitten. Maak ze schoon of vervang ze wanneer dat nodig is. Heb je een koelcel? Ga dan in de koeling staan en doe het licht uit. Zie je licht langs de randen naar binnen komen? Dan weet je dat je rubbers aan vervanging toe zijn.
Zet je voorraad dranken voordat je ze koelt niet in een warm opslaghok.
Soms staat de voorraad van fusten bier en kratten drank in een te warme opslagruimte. Zet je de te warme flesjes in de koeling, dan kan de temperatuur in de koeling zo maar een paar graden omhoog schieten en dat kost veel energie. Zorg daarom dat de opslag niet te warm is. Goede isolatie en het uitsluiten van externe warmtebronnen, zoals zoninval en warmte-afvoer, zijn hierbij belangrijk. Een goed alternatief is een koeling met een split-buitenunit, waarbij de condensor buiten zit.
Zet de koeling niet te vol.
Als je koeling te vol staat, kan koude lucht onvoldoende circuleren. Het duurt dan veel langer om drank en eten op de juiste temperatuur te krijgen. Houd je daarom aan de optimale vulgraad van de koelingen en vriezers.
Onderhoud de condensor van de koeling.
Met het gebruik van een koeling komt er warmte vrij, die ergens naartoe moet. Het is van belang dat de condensor, ofwel het warmteafgifterooster, dan goed functioneert. Iedere verstoring van een goede doorstroming van de buitenlucht zorgt ervoor dat de condensor minder warmte kan afgeven en een lager rendement heeft en dus meer verbruikt.
Met het ieder kwartaal reinigen van de condensor en periodiek onderhoud voorkom je storingen en bespaar je op het verbruik van de koeling. Het reinigen kan eenvoudig met een stofzuiger of een zachte borstel. Let er vooral op dat de condensor niet wordt belemmerd door bijvoorbeeld roestvorming, bladeren en overig vuil. Dit heeft een grote impact op het verbruik. Vraag eventueel bij je installateur na, waar je bij jouw condensor speciaal op moet letten.
Productieapparaten
Deze tips zijn specifiek voor (industriële) bedrijven die voor hun productieproces machines, motoren of persluchtapparaten gebruiken.
Schakel machines zo veel mogelijk uit.
Laat je machines in pauzes of weekenden aanstaan? Dat heeft veel invloed op het energieverbruik van je bedrijf. Door apparaten en machines op zulke momenten uit te zetten, bespaar je kosten en energie.
Houd motoren schoon.
Houd de motoren van je productieapparatuur schoon, want een vuile motor wordt veel heter, verbruikt meer energie en heeft meer kans om uit te vallen.
Monitor het energieverbruik van motoren.
Monitor het energieverbruik van motoren. Ga na of je met maatregelen het energieverbruik kunt verminderen en of motoren toe zijn aan vervanging. Zorg bij vervanging voor motoren met de hoogst mogelijke efficiëntie. Denk hierbij bijvoorbeeld aan toerengeregelde gelijkstroommotoren.
Bepaal de optimale instellingen voor machines en apparatuur.
Instellingen zoals de snelheid van motoren en ventilatoren hebben invloed op het energieverbruik van je apparatuur. Als je de snelheid van een motor terugschroeft, scheelt dat al snel in energieverbruik. Bepaal daarom voor al je apparatuur de optimale instellingen en laat ook je medewerkers weten wat de optimale instellingen zijn.
Bespaar energie bij perslucht.
Op perslucht valt veel te besparen. Meer dan 80% van de totale kosten van perslucht bestaan uit energiekosten*, waarvan een groot gedeelte te wijten kan zijn aan lekkage en onjuiste afstelling van je apparatuur. Met de volgende tips bespaar je veel energie:
Gebruik perslucht niet onnodig en installeer automatische drukregelaars op machines, zodat geen lucht wordt verspild wanneer machines niet in gebruik zijn. Een stationair draaiende compressor gebruikt nog steeds 20-70% van zijn volledige laadvermogen.
Zorg voor voldoende ventilatie rondom de compressor. Dit verbetert de efficiëntie.
Zorg dat bij elke toepassing de luchtdruk van de compressor is ingesteld op het laagst mogelijke niveau. Door de luchtdruk te verminderen kun je energie besparen.
Zuig koude schone lucht van buiten naar binnen aan. Een daling van 4° C in luchtinlaattemperatuur verbetert de efficiëntie.
Vervang filters regelmatig voor maximale efficiëntie.
Installeer automatische aftapkranen om condensaat in de luchtleidingen te verwijderen en luchtverlies te verminderen, plaats een persluchtdroger. Dit voorkomt tevens corrosie in het persluchtnet.
Kijk of je warmte kunt terugwinnen. Bij het samenpersen van lucht komt heel veel warmte vrij, 96%van de elektriciteit die de compressor gebruikt. Van deze warmte is een groot deel terug te winnen.
*Bron: Klimaatplein